Kanttekening maakt URDV-cahiers compleet

21/10 - Een kritische kanttekening, geschreven door voormalig URDV-directeur Hans Nieuwenhuis, maakt de vijf in 2017 verschenen thematische research-cahiers compleet.


De belangstelling is groot voor de vijf thematische cahiers die in 2017 verschenen in het kader van het onderzoeksproject URDV Capabilities, a Business Asset. Tot instemming ook van voormalig URDV-directeur Hans Nieuwenhuis, die toch ook een kanttekening bij de publicaties wil maken. Hij greep de pen en schreef samen met Harry Jongeneelen een leerzame aanvulling op met name de drie volgende cahiers:

  • Gesmeerde kennis: Een halve eeuw geschiedenis van Unilevers Becel
  • Marktleider met R&D: Zichtbare en onzichtbare innovaties in Unilever-margarines
  • Versnellen en veranderen: Unilever, katalyse en margarinegrondstoffen

Het resultaat leest u hieronder.


cahier versnellen veranderen tn

 

Kanttekening bij de in 2017 verschenen URDV cahiers

Aanvulling op de eerdere publicatie van “De geschiedenis van Unilever Research Vlaardingen”

Het vijftal cahiers van de Stichting Historie der Techniek, te weten:

is zeer lezenswaardig en bevat veel interessante informatie, maar met name bij een drietal cahiers is een kritische kanttekening op zijn plaats.

De auteurs hebben zich geconcentreerd op de research in het Lab en werden uitsluitend begeleid door personen uit het Lab. Dit lijkt de reden dat de rol van de companies bij gezamenlijke projecten en bij de implementatie van researchvindingen onderbelicht is. Dit heeft geleid tot een aantal onvolledigheden en zaken, die toch iets anders liggen dan beschreven. Hieronder wordt een aantal onderwerpen, die correctie of aanvulling behoeven vermeld.

 

 

De Moldo-harding

Deze is nauwelijks aan bod gekomen. In de jaren vijftig kwam er steeds meer sojaolie op de markt. Door de lage prijs ten opzichte van andere oliën, zoals bv zonnebloemolie was sojaolie een zeer aantrekkelijke grondstof voor de margarine-industrie. Maar die bevat linoleenzuur, een vetzuur met 3 dubbele koolstofbindingen. Linoleenzuur oxideert snel waarbij een ongewenste off-flavour de zgn. groene smaak ontstaat, die het gebruik ervan zeer beperkte. Het was dus van groot belang hiervoor een oplossing te vinden. Door de groep Coenen is hier hard aan gewerkt. Als men het aantal dubbele bindingen in linoleenzuur zou kunnen verminderen zonder het linolzuur aan te tasten zou zonnebloem kwaliteit worden verkregen. De oplossing werd gezocht in een Selectiviteit II harding (een door Coenen ontwikkelde systematiek). Dit was een harding waarbij linoleenzuur werd gehydrogeneerd, terwijl linolzuur werd gespaard. Selectiviteit II wordt verkregen met verse katalysator en een lage temperatuur. Samen met VOZ in Zwijndrecht werd hiervoor een fabrieksproces ontwikkeld. Door een harding met verse katalysator bij lage temperatuur (120 graden C) werd sojaolie met en smeltpunt van 28 graden ( moldoBO genoemd) verkregen. Het bleek een goed product zonder de slechte eigenschappen van sojaolie waardoor grote hoeveelheden sojaolie als moldoBO in de margarine konden worden verwerkt. Door het eenmalige gebruik van verse katalysator lijkt het een duur proces. Dit was niet het geval omdat de gebruikte katalysator voor het harden van de andere oliën kon worden hergebruikt. Een vinding, die er toe bijdroeg dat Unilever lagere grondstofkosten had dan de concurrentie.


Zie Cahier 'Marktleider met R&D: Zichtbare en onzichtbare innovaties in Unilever-margarines' - hoofdstuk 11


Becel

De beschrijving van de overgang van Becel in blik naar een kuipje behoeft correctie.

In de zestiger jaren werd Becel, bestaande uit 87% zonnebloemolie en 13% geharde palmolie, in blikjes op de markt gebracht. Een onaantrekkelijk product met hele slechte smelteigenschappen, waardoor er een vet-film op de tong achterbleef. Dit omdat we niet beschikten over de technologie om een goede margarine met 87 % zonnebloemolie te produceren.
De opdracht van de directie aan de ontwikkelingsafdeling van Van de Bergh en Jurgens aan de Nassaukade was dan ook om zo’n Becel margarine te ontwikkelen. Een doorbraak kwam in 1966. Graffelman vond dat door omestering van gelijke delen volledig afgeharde palmpitolie (PK 39) en palmolie (PO 58) een hardstock met zeer bijzondere eigenschappen werd verkregen. Uit een mengsel van 13 % van deze hardstock en 87% zonnebloemmargarine werd een uitstekende margarine verkregen. Goed smeerbaar, zowel direct uit de koelkast als bij kamertemperatuur en bovendien met een goed smeltgedrag. Een uitvinding waarop direct octrooi werd aangevraagd en verkregen. Een product dat door z’n consistentie in een kuipje moest worden verpakt.

Het toeval wilde dat er voor de introductie van  Bona kuipjes-margarine  een kuipjesvulmachine was aangeschaft. Omdat er nog capaciteit beschikbaar was en het Becel tonnage met ongeveer 10 ton per week bescheiden was, werd in 1967 besloten om  Becel in kuipjes op de markt te brengen. Er was nog een probleem: als de kuipjes op elkaar gestapeld werden in een doos ontstond er olielekkage( zgn. olie-exudatie) waardoor de kuipjes en de doos vettig werden. Daarom werden de kuipjes in een kartonnen doosje verpakt, met als additioneel voordeel dat oxidatie door licht werd voorkomen. Het werd een groot succes met een enorme omzetstijging naar 10.000 ton in 1971. Dit doordat het een uitstekende margarine was, zowel vanuit de koelkast als bij hogere kamertemperatuur goed smeerbaar, waardoor vaak de hele familie van de patiënt overging op Becel. Verder heeft het begin van televisiereclame en de toename van het aantal koelkasten.in huishoudens hierbij geholpen.

De concurrentie had hierop geen antwoord en door het octrooi kon Unilever jarenlang wereldwijd een ijzersterke positie opbouwen. En hiermee is het een van de meest succesvolle op Unilever’s medisch-biologische en technologische kennis gebaseerde innovaties.

NB. het op pagina 51 en 53 genoemde Delfosse octrooi ging wel over omesteren, maar niet over de Becel hardstock.

 

Zie Cahier 'Gesmeerde kennis: Een halve eeuw geschiedenis van Unilevers Becel' - pags. 51, 52 en 100

 

Linear Programming (LP)

Met de LP techniek kan aan de hand van marktprijzen van de verschillende oliën en vetten en de gewenste eigenschappen van een bepaalde margarine de goedkoopste grondstoffen formule worden berekend.

Deze techniek werd door Research samen met VdB&J Nassaukade ontwikkeld. Bij Nassaukade werd elke week op basis van de marktprijzen door de bedrijfsleiding samen met het laboratorium de goedkoopste margarine samenstelling bepaald. Hiervoor beschikte men naast de kennis en ervaring van bedrijfsleiding en laboratorium over de samenstellingen van voorgaande weken, maanden en jaren. Parallel aan de fabriekssamenstellingen werden de LP samenstellingen berekend. Op deze basis werd de LP steeds aangepast en verbeterd en zo werd LP tot een betrouwbare techniek ontwikkeld.

 

Zie Cahier 'Marktleider met R&D: Zichtbare en onzichtbare innovaties in Unilever-margarines' - pags 89 en 95

 

Transvetten (TFA of kortweg Trans)

Op pag. 44 en pag. 85 wordt een onjuist beeld geschetst van de eigenschappen van transvet. Trans stond tot 1993 boven elke verdenking en was geen gezondheids-issue, omdat bij toxicologisch onderzoek geen nadelige effecten ervan waren gevonden. Overigens werd in Duitsland omgeësterd om een betere grondstofflexibiliteit te krijgen en niet om een lager trans-gehalte in de margarine te verkrijgen.

Op basis van de vele onderzoeksresultaten wereldwijd hebben de twee leidende deskundigen (Scientific Key Opinion Formers) op het gebied van de invloed van transvetten op verhoging van het bloedcholesterol gehalte geconcludeerd, dat Unilever als eerste margarine producent de samenstelling van haar producten heeft aangepast aan de nieuwe wetenschappelijke inzichten en de nieuwe consensus. Zowel Prof. Walter Willett (Harvard Medical School) als Prof. Martijn Katan (Wageningen University & Research) hebben dit onafhankelijk van elkaar in 1996/1997 publiekelijk verklaard.

 

Zie Cahier 'Versnellen en veranderen: Unilever, katalyse en margarinegrondstoffen' - pags 44 en 85

 

Hans Nieuwenhuis
Harry Jongeneelen